Vannacht beefde de bodem in Stedum en wijde omgeving met kracht 2.3 op de schaal van Richter. Ik was net mijn bed ontvlucht door de muggen, toen ik de aardbeving onder mijn huis door voelde rollen. Het is inmiddels een bekend gevoel, het doet me niet meer zo veel. Dat is wel eens anders geweest. Wat me wel veel doet is de helletocht die na een beving volgt. Het begint met een tweet van het schadeloket IMG:
Besluit je je schade te melden, dan wacht je een 10-stappen tellende procedure. Dat klinkt als best te overzien, maar het IMG (Instituut Mijnbouwschade Groningen) weet elke stap zo ingewikkeld te maken en zo juridisch dicht te timmeren, dat van te voren de moed je al in de schoenen zakt. Wat natuurlijk ook de bedoeling is, want het IMG heeft nog 19.000 onafgehandelde schademeldingen op de plank liggen en daar hebben ze de handen vol aan.
Je mag als bewoner van geluk spreken als je binnen twee jaar je schadevergoeding binnen hebt. In mijn geval heeft het zelfs drie-en-een-half-jaar geduurd. Dat een deel van je schade afgewezen wordt op oneigenlijke gronden (slappe klei, recent geen beving geweest) hoort er ook bij. Soms wordt zelfs al je schade afgewezen.
De beving van vannacht was zwaar genoeg om het landelijke nieuws te halen. De berichtgeving beperkt zich tot: locatie, kracht, diepte, tijdstip. Plus wat citaten van bewoners: doodeng, het huis kraakte, dat was er weer een. Geen journalist besteedt aandacht aan de helletocht ná een aardbeving. Zo’n beving is snel voorbij, maar de gevolgen bepalen nog jarenlang je leven en je woongenot.
Beste journalisten, kijk en schrijf de volgende keer alsjeblieft voorbíj de aardbeving.
De Groene Amsterdammer geeft het goede voorbeeld: ‘Waar is hier de menselijkheid?’